Voeding
Lees in deze blog alles op het gebied van voeding, gezond eten, langdurig of snel afvallen, aankomen, healthtrends, superfoods, dieten en meer.
-
-
Koolhydraten
Wat je wilt weten over: Koolhydraten
Koolhydraten geven het lichaam energie net zoals de andere soorten voedingsstoffen en komt in verschillende vormen, waaronder suikers, zetmeel en vezels.
Koolhydraten zijn in te delen op twee manieren:
– Enkel- of meervoudig
– Verteerbaar en onverteerbaarMeervoudige koolhydraten
De meervoudige koolhydraten zijn eigenlijk groepen van enkelvoudige koolhydraten. Meervoudige koolhydraten worden ook wel complexe koolhydraten genoemd. Hoe minder bewerkt een koolhydraat is, hoe meer complex het is. En hoe complexer een koolhydraat is, hoe langzamer het wordt afgebroken. Om deze reden zijn complexe koolhydraten gezonder voor je. Je lichaam doet langer over het afbreken en daardoor komt er over een langere periode glucose vrij. De hoeveelheid glucose is echter minder dan bij enkelvoudige koolhydraten. Dit is gunstiger voor de bloedsuikerspiegel.
Voorbeelden van meervoudige koolhydraten zijn:
– Havermout
– Volkoren graanproducten
– NotenDaarnaast kan je koolhydraten ook onderscheiden op basis van verteerbaarheid. Enkelvoudige en meervoudige koolhydraten zijn allebei voorbeelden van verteerbare koolhydraten. Deze worden door het lichaam opgenomen.
Onverteerbare koolhydraten worden niet door het lichaam opgenomen, maar hebben wel een belangrijke functie. Het zorgt ervoor dat de darmen en spijsvertering op gang blijft. Het staat ook wel bekend als voedingsvezels.Advies
De gezondheidsraad adviseert dat 40 tot 70% van je voeding uit koolhydraten bestaat. Het advies van het Voedingscentrum is om gezonde keuzes te maken in koolhydraatbronnen die veel voedingsvezels bevatten, zoals volkoren graanproducten, bulgur en zilvervliesrijst. Ook peulvruchten, groente en fruit zijn goede bronnen van koolhydraten.
-
Eiwitten
Wat je wilt weten over: Eiwitten
Wat zijn eiwitten?
Eiwit is net zoals koolhydraten en vet een voedingsstof, en dus een bron van energie. Een ander bekend woord voor eiwit is proteïne. Ons lichaam bestaat ongeveer uit twintig procent uit eiwitten. Eiwitten vormen een bestanddeel van alle cellen en weefsels. Het spierweefsel is ook opgebouwd uit eiwitten en bestaat ook twintig procent uit eiwit.
Eiwitten dienen in ons lichaam als essentiële bouwstof, bestanddeel van enzymen, van hormonen, van antistoffen, als transportmiddel en soms als brandstof.
De kwaliteit of de aard van de beschikbare eiwitten in onze voeding is net zo belangrijk als de hoeveelheid. Niet alle eiwitten zijn even bruikbaar. Er kan onderscheid worden gemaakt in onvolwaardige en volwaardige eiwitten.
Onvolwaardige eiwitten
Onvolwaardige eiwitten zijn eiwitten waarbij essentiële aminozuren ontbreken en het lichaam de eiwit niet volledig kan benutten.
Volwaardige eiwitten bevatten alle essentiële aminozuren en wordt door het lichaam bijna volledig benut.
Volwaardige eiwitten
Volwaardige eiwitten kunnen dan weer worden ingedeeld in eiwitten met hoge biologische en lage biologische waarde. Dit zegt iets over de kwaliteit van het eiwit. Hoe hoger de biologische waarde, hoe beter het eiwit bruikbaar is voor het lichaam. Dit komt doordat het een structuur heeft die lijkt op ons eigen lichaamseiwit. Het is daarom beter en sneller bruikbaar voor opbouw of herstel van lichaamscellen.
Advies
De aanbevolen hoeveelheid eiwit is ongeveer 0,8 gram eiwit per kilogram lichaamsgewicht. De richtlijn van de Gezondheidsraad is hierop gebaseerd en volgens de Gezondheidsraad moet gemiddeld ten minste 10% van alle calorieën die volwassenen nuttigen afkomstig zijn uit eiwit.
-
Vetten
Wat je wilt weten over: Vetten
Vetten zijn een bron van energie. Het is zelfs de rijkste energieleverancier van alle voedingsstoffen. Vet blijft in vergelijking met de andere voedingsstoffen lang in de maag en geeft daarom voor een langere tijd een verzadigd gevoel. Bijna alle vetzuren uit eten worden verteerd door het lichaam in tegenstelling tot bijvoorbeeld voedingsvezels.
Functies vet
Vet wordt vaak gezien als de vijand, maar het vervult verschillende functies in het lichaam:
– Vet is een belangrijke bron van energie
– Vetten zijn bouwstoffen; ze zijn een bestanddeel van celmembranen en vormen bestanddelen van hormonen en vitamines
– Vet vormt een oplosmiddel voor vitaminen A, D, E en K
– Vet heeft een beschermende functie: bepaalde organen zijn omgeven door vetweefsel
– Vet heeft ook een isolerende functie: vet vlak onder de huid gaat warmteverlies tegen
– Vet dat niet wordt gebruikt, wordt opgeslagen als energiereserves.Soorten vet
Vet werd lang gezien als de vijand en grootste veroorzaker van overgewicht. Het blijkt steeds meer dat sommige vetten onmisbaar zijn voor een goede gezondheid. Het gaat om de juiste verhouding tussen de verschillende vetzuren. Je hebt verzadigd en onverzadigd vet. Vet in voedingsmiddelen bestaan altijd uit een combinatie van beide. Daarnaast heb je ook transvet. Het advies is meer onverzadigde vetten en minder verzadigde en transvetten te eten.
Verzadigd vet heeft een ongunstig effect op het LDL-cholesterol, terwijl onverzadigd vet juist een gunstige invloed heeft. Transvetten verhogen daarentegen weer het LDL-cholesterolgehalte net als verzadigd vet, maar transvet geeft een hoger risico op hart- en vaatziekten. Wil je meer weten over cholesterol? Klik dan hier.
Naast de bepaalde hoeveelheid vet heeft het lichaam ook een aantal soorten vetten nodig. Denk hierbij aan vetzuren omega 3, 6 en 9. Cellen hebben zoals eerder vermeld ook vetzuren nodig. Het lichaam heeft dit weer nodig om o.a. je ogen, hersenen en spieren goed te laten werken. Het lichaam kan de meeste vetzuren zelf maken, maar een aantal niet. Het is dus belangrijk dit via voeding binnen te krijgen. Vetzuren die je lichaam niet zelf kan maken heten essentiële vetzuren.
Advies
De gezondheidsraad adviseert om 20-40% van je voeding uit vet te halen. Deze hoeveelheid is nodig om voldoende essentiële vetzuren binnen te krijgen en ook vitamine A, E en D. Het advies is wel om verzadigd vet door onverzadigd vet te vervangen en transvet zo veel mogelijk te vermijden. Verzadigd vet dient minder dan 10% te zijn en transvet minder dan 1%.te